“Maar Alex toch. Vrouwen? Wat moeten we daar nou mee?” De verontwaardigde penningmeester trok een gezicht alsof hem zojuist een oneerbaar voorstel ter ore was gekomen. Hoe komt de secretaris erbij, vrouwen in de leesclub! Dat nooit. Een instemmend gemompel klonk vanachter de jeneverglazen.
Boekenclub De Uni was in 1840 opgericht in de tijd dat er veel analfabetisme was. Enkele Zaandijker notabelen namen toen het initiatief om het lezen te bevorderen Nog altijd bestaat dit unieke gezelschap. Het was de tweede zaterdag van januari dus het Koog-Zaandijkse leesgezelschap, overwegend bestaande uit krentenkakkers zoals de Zaandijkers nu eenmaal heten, hield zijn jaarlijkse vergadering in de biljartzaal van café Zaanzicht. Mannen van middelbare leeftijd en strak in het pak zaten vooraf al stemming te maken terwijl ze lurkten aan een stenen pijpje en nipten aan de jenever. Ze bespraken schreeuwerig de actualiteiten van de dag, het wel en wee van de leden en de charmes van de meisjes, zoals ze hun vrouwen noemden en ze bestookten elkaar met scherpe meningen over het moedige, maar naar spoedig zou blijken, onhaalbare voorstel van de secretaris.
Arie betoogde: “Ons Boekenrondje heeft sinds de oprichting altijd uit mannen bestaan. En dat moet zo blijven.” Cees Hartland voegde daar aan toe: “Mijn vrouw kan beter koken dan lezen.”
De dames mochten blij zijn dat ze mee mochten met de uitgaansdag en dat ze na de vergadering in het holst van de nacht werden toegelaten om hun echtgenoten af te voeren.
De secretaris had het dus aangedurfd de kwestie leesvrouw op de agenda te zetten met ongemakkelijke gevolgen.
Toen na de broodmaaltijd en veel nevelige malligheid dit onderwerp officieel ter sprake kwam, verliep de discussie door afwezigheid van heldere reglementen zo chaotisch dat de voorzitter er een eind aan maakte met: “Zo te horen, mannen, is het vrouwenvoorstel van de secretaris verworpen. Dus, Alex, verder niet meer zeuren. Dat was eenmaal en nooit meer. Maak de tafel vrai. We gane over tot de orde van de avond. De boekenvailing. De clubkas is baina leeg, dus ik verwacht jollies gulle betrokkenhaid bai het bieden op de boeken van dit jaar.”
Zo geschiedde. Als een boek te weinig opbracht, werd het teruggenomen en even later weer geveild. Wie niet kocht, werd veroordeeld tot een boete van f.25,= Op die manier was de opbrengst groot genoeg om de kosten van de “gezelligheden” te dekken en nieuwe boeken aan te schaffen voor het komende leesjaar. Tot opscherping van het verstand en ter veredeling van het hart.
Johan Kruiver
Uit: Het mooiste meisje van de Zaanstreek, Zaandam 2009.
Leesgezelschappen zoals Uitspanning Na Inspanning waren verenigingen die zich ten doel stelden tijdschriften en boeken onder hun leden te doen circuleren. In de Zaanstreek bestond minimaal een tiental leesgezelschappen. Rondom 1800 ontstond in brede lagen van de bevolking behoefte wetenschappelijke dan wel literaire kennis te vergaren. Zij die zich dat konden permitteren legden grote boekencollecties aan. Anderen hadden daartoe niet de mogelijkheid. Zij verenigden zich in leesgezelschappen, waardoor zij tevens de gelegenheid kregen met elkaar over wetenschap en literatuur te discussiëren. De leden betaalden jaarlijks contributie, van welk geld boeken werden aangeschaft. Bij ieder lid kwam een boek thuis, dat na twee of drie weken werd opgehaald en tegen een volgend boek geruild. De boeken die bij alle leden thuis waren geweest (bij vijftig leden duurde dat circa twee jaar) werden bewaard voor een boekenveiling die op gezette tijden werd gehouden.
In 1783 werd door Jan Koenen en Gerrit Schenk een Leesgezelschap opgericht in Koog en Zaandijk. Bron: Encyclopedie van de Zaanstreek en de foto is welwillend door Alex Hoveling, een van de heren, beschikbaar gesteld.