De mooiste plaatjes kon je in de bioscoop zien, die bewogen. Ik moest wachten tot de tien in mijn leeftijd zat. De losse tien telde niet mee, dertien dus. Die datum viel op een zaterdag en de zondagmiddag daarna liep ik naar de Julianabrug, daarnaast stond de bios van Oenen.
Er was al een rij wachtenden, want op de zondagmiddagen was het een stuk goedkoper. Je zag ouders met kinderen, veel jongens en meisjes van ongeveer mijn leeftijd en ouwe mannen, meestal rommelig gekleed.
Ik was bijna bij de kassa toen ik op m’n schouder werd getikt. Verdorie, oom Siem: hier heb je geld, neem ook een kaartje voor mij, zeg maar één volwassene. Zo kwam ik naast hem op het balkon te zitten, als die ouwe klepper z’n waffel maar houdt, dacht ik. Gelukkig werd hij stil toen de hoofdfilm begon, “Tarzan, de koning van de jungle”.
Tarzan leverde een strijd tegen een bende stropers. Hij kreeg hulp van apen, die hij met een oerkreet opriep en die onmiddellijk gehoorzaamden, handig slingerenden ze zich van boom tot boom.
Echt heel spannend en wat een stoere knul was die Tarzan, brede schouders en dikke spieren. Hij had net een tweede stroper in een bamboekooi opgesloten, toen het licht aanging. Pauze.
In een smalle gang tussen de begane grond en de eerste verdieping ging een kastdeur open, een magere man verkocht snoep en drankjes. Haal voor mij maar een flesje bier, zei oom. Dat verkoop ik jou niet, zei de man. ‘t Is voor mijn oom, een ouwe vent. Laat die ouwe vent dat zelf maar halen.
Met een zakje drop ging ik weer naast oom zitten. En m’n bier? Mocht niet. Nou geef me dan maar een droppie. De man van de kast liep naar een kachel in de hoek van de benedenzaal, met een pook tilde hij het deksel op, pakte de kolenkit en met veel geraas verdween de brandstof in de ijzeren bek.
Het licht ging uit.
Nu werd Jane, de vrouw of het meisje van Tarzan, belaagd door een derde stroper. Een mooie griet die Jane, gekleed in een pantervel. Toen was Tarzan niet meer te houden, hij slingerde zick van liaan naar liaan en zag nog juist dat de schurk haar in een bootje ontvoerde. Maar dan…dan slaat een krokodil met z’n staart het bootje om. Oei, oei. Ik durf niet meer te kijken, maar tussen m’n vingers door zie ik het gevecht. Goed zo, goed zo! Ge wonnen. Jane drukt Tarzan tegen haar boezem. ‘
En, vroeg moeder.
Erg spannend. Maar die drop is niet lekker. Wil u er één?