Met 55 aanwezigen was de bijeenkomst van zondagmiddag 13 april zeker goed bezocht.

Eerst werd de jaarlijkse algemene ledenvergadering gehouden, die zeer prettig is verlopen. Er werd onder meer werd teruggekeken op de succesvolle tentoonstelling over de Kogerhem.

Na de pauze volgde een presentatie van de Zaanse Kaper, de stichting die zich sedert 1994 richt op de Zaanse streekdracht en de mode van de achttiende en negentiende eeuw. Met een kleine delegatie werd een presentatie gegeven van kleding van rijke doopsgezinden, de koopmansstand, in de Zaanstreek in de periode 1740-1780.

De dames en enige heer van de Zaanse Kaper die aanwezig waren, kwamen één voor één naar voren om hun historische kledij te tonen, voorzien van een deskundige toelichting door Inge Bosman op de getoonde bovenkleding en onderdracht.

Klederdrachten in andere streken waren meer aan mode onderhevig, maar Zaankanters waren, net als de Waterlanders, behoudender in hun kledingstijl. Jakken en rokken waren in de mode, maar voor een doopsgezinde gold altijd of je wel sober genoeg was gekleed.
Wat deze middag vooral werd getoond was de uitgaansdracht. Hoewel het doopsgezinde uitgangspunt vooral is om eenvoudig te zijn, werd in vroeger dagen niettemin versiering in de kledij toegepast waar dat kon. Hoe meer kleuren in de stof, des te duurder de stof. De ‘eenvoud’ werd bekroond door het dragen van gouden oorijzers en diamanten spelden.


En de kaper op het hoofd van de dames moest ervoor zorgen dat de dame zoveel mogelijk blank bleef, een teken van welstand.

De presentatie door de Zaanse Kaper was zeer geslaagd. Er volgden vragen uit de zaal om meer over de verschillende facetten van de historische klederdracht te horen. Onder groot applaus voor de Zaanse Kaper en na een dankwoord door voorzitter Ria Koopman werd de middag afgesloten.


Natuurlijk volgde nog een gezellig samenzijn met een hapje en drankje, waarin de leden van de Zaanse Kaper nog met allerlei vragen werden bestookt.
