Historische Vereniging Koog-Zaandijk

Bramenpluk

Mijn broer en ik gingen elk jaar in september bramen plukken in de duinen bij Wijk aan Zee. Dat deden wij dus òòk in 1941, toen dat nog kon. Wij kregen beiden de bekende gevlochten, langwerpige mandjes mee en gingen op pad.

Langs het Guispad richting de kust. Vlak voor de Vuurlinie konden wij niet verder. De duitsers hadden, omdat ze bang waren dat er engelse parachutisten zouden landen, de wegen en de weilanden langs o.a. de Vuurlinie, richting Beverwijk, onder water gezet. De weg, waarop wij ons bevonden, had aan beide zijden schuin aflopende bermen, zodat je niet meer kon zien waar je reed: het was één grote watervlakte. Op de weg stond het water een 10 cm hoog en wij besloten voorzichtig door te rijden. Wij kwamen na wat kilometers weer op het droge gedeelte, waar een hoge houten uitkijkpost stond, bemand met twee duitsers. Ze vroegen waar wij naar toe gingen en mochten doorrijden.

Er was nog maar weinig geplukt in de duinen en daardoor was er een overvloed aan bramen. We waren zeer snel klaar, dus terug naar De Koog. Vlak voorbij de Vuurlinie ging het echter mis. We reden naast elkaar door het water, de mandjes aan ons stuur. Plotseling zegt mijn broer “moet je kijken, daar zwemmen allemaal bloedzuigers!’ Ik schrok daarvan en raakte daardoor het stuur van mijn broer en wij reden, de sturen in elkaar geschoven, de berm af. Tot het middel in het water en onze bramen zagen wij overal in het water drijven.

Kletsnat en met lege mandjes kwamen wij weer thuis!