Historische Vereniging Koog-Zaandijk

Naar Zaandijk

Jeugdherinnering van Wim Rijkenberg uit zijn bundel ‘De Bullebak’

“We gaan verhuizen jongens” werd ons op gegeven moment door vader en moeder verteld. Het zal najaar 1962 geweest zijn toen dit bericht ons overviel.

Mam zal wel gezegd hebben: “ja jongens dat zal wel klak op jullie dak vallen”. Deze hadden wij inderdaad niet zien aankomen.  Wij waren echt met stomheid geslagen. De eerste reactie van volgens mij alle kinderen was: “we willen hier niet weg!” en “waar naartoe dan?” 


De keuze van vader en moeder was gevallen op een vrijstaand huis op de dr. J. Mulderstraat in Zaandijk. “Zaandijk!” riep een van de kinderen, “maar daar wonen alleen maar kakkers”.

De animo bij de kinderen Rijkenberg was dus bepaald niet groot. De Braakdijk en omgeving was ook een heerlijke plek om op te groeien. Bovendien hadden wij daar onze vriendjes en speelkameraden. Ons gesputter werd gehoord, maar veranderde (uiteraard) niets aan de naderende verhuizing.

Ons oude huis aan de Braakdijk nr. 37
Ons nieuwe huis op de Dr. Jan Mulderstraat nr. 40

Winter 1962/1963
Het zou gaan gebeuren in de winter van 1962/1963. Die winter werd er trouwens eentje om niet snel te vergeten, zo streng, zoveel sneeuw en ijs, zo koud, zo bar, zo lang…… Het werd de koudste winter van de 20e eeuw. Drie maanden achtereen vorst met uitschieters naar ruim 20 graden onder nul. Bijzondere herinneringen aan deze winter!


Straten bedekt met een dikke ijs- of sneeuwlaag zodat er ook veel op straat geschaatst werd. Soms, eigenlijk helaas maar één of twee keer, met vader en moeder vanaf ons huis aan de Braakdijk op de schaats de Kalverpolder in. Iedereen hield zich dan vast aan een lange stok tussen ons in.

De Zaan bedekt met zó’n dikke laag ijs, dat er tractoren en auto’s op konden rijden. Het IJsselmeer helemaal dichtgevroren, waardoor er een autorally *)  op het ijs kon worden georganiseerd.

Een extra dikke laag stro in de hokken van onze konijnen. De Elfstedentocht die zou worden gehouden. Dik ingepakte waterleidingen in en rondom het huis om bevriezing te voorkomen. Voluit brandende kachels om het in ieder geval beneden een beetje op temperatuur te houden, de bovenverdieping bleef sowieso ijskoud met de gehele dag de bloemen op de slaapkamerramen. Een regelmatig beroep op de kinderen om kolen te halen uit het kolenhok in de achtertuin. Etc. etc.

In deze strenge winter verhuisden wij naar Zaandijk… De verhuisauto kon niet op het smalle Braakdijkje komen, dus koos mijn vader ervoor de verhuisauto te laten parkeren op het Kalf ongeveer ter hoogte van ons huis.

De huisraad werd tussen de woonboten door over de dichtgevroren Braaksloot naar de verhuisauto gebracht. Het verhuisprobleem was dankzij de strenge winter hiermee mooi opgelost.

’Land over zand’ (Zaans) verhuizen dus.


Het moet gezegd: onze nieuwe huis op de dr. J. Mulderstraat was een mooi groot huis en vrijstaand. Voor het huis keken wij over de Mulderstraat en de verlengde Guisweg naar het voetbalvelden van FC Zaanstreek. Achter het huis hadden wij een grote diepe tuin met daarachter uitzicht op weilanden en in de verte op molen de Zoeker. Zeker niet verkeerd dus. Aan weerskanten wel buren, maar geen direct contact via muren, wanden, schuren e.d.

Het nieuwe huis had beneden een kolenkachel. Boven stond alleen in de badkamer een gaskachel. De slaapkamers hadden geen verwarming. Het was in het begin best moeilijk om het huis gelet op het ijzig koude weer een beetje warm te stoken, maar uiteindelijk lukte dat toch wel.

Ondanks de aanvankelijk bij ons bestaande weerstand tegen het vertrek van de Braakdijk, ontstond wel snel het gevoel dat wij het toch ook wel leuk en spannend vonden om in een nieuw huis op een nieuwe plek te komen. We bleken uiteindelijk eerder dan verwacht onze draai te hebben gevonden in Zaandaik.

*) Francien, met wie ik in 1972 zou trouwen, vertelde mij later dat zij met haar vader en Cas hadden meegedaan aan deze autorally. Onvergetelijk volgens haar! Dit soort ervaringen maak je doorgaans ook maar één keer in je leven mee.