Historische Vereniging Koog-Zaandijk

Uitje voor Ouden van Dagen in 1928

Op 21 augustus 1928 werd een uitje georganiseerd voor de “Ouden van Dagen” uit Koog aan de Zaan en Zaandijk. Het woord “Bejaarden” bestond nog niet. In De Zaanlander van 22 augustus 1928 werd het uitje uitvoerig beschreven. In die jaren waren er nog geen voorzieningen zoals de WAO nu. De mensen waren aangewezen op tehuizen voor Ouden van Dagen.

Eindelijk was dan gisteren de dag aangebroken waarnaar de Koog-Zaandijksche ouden van dagen reeds weken van te voren met verlangen hadden uitgezien, de dag, die den laatste tijd het punt van bespreking was onder de oude luitjes de dag waarop zij samen een autotocht zouden maken.

Dank zij de medewerking van vele autobezitters en ingezetenen onzer beiden gemeenten, konden de plannen ook in daden worden omgezet, en is de namiddag en avond van den 21en Augustus voor de Koog-Zaandijker oudelieden tot een onvergetelijke gemaakt.

Het was een lange file auto’s die gisterenmiddag tegen half een op Plein 13 te Wormerveer werd opgesteld, om daarna in optocht de gemeente Zaandijk binnen te rijden om de oudjes op te nemen. 24 luxe wagens en 3 groote autobussen waren aanwezig.

Te Zaandijk bij het Wiesbaden (Wiesbaden is voormalig hofje “om de Noord” te Zaandijk. Het pad is ontstaan na 1750, de naam is eind 19e eeuws.) begon reeds de pret. Bijgestaan door de verpleegsters bestegen de mannen en vrouwen hunne plaatsen. Zeven-en-zestig passagiers van Zaandijk waren opgenomen, toen de stoet naar Koog aan de Zaan trok om daar nog 61 toerders af te halen.

Alles verliep best. Zonder ongelukken had een ieder zijn plaatsje naar zijn zin gekregen en onder groote belangstelling werd tot aan de Schildersbuurt te Zaandam gereden, waar gedraaid werd en via Koog aan de Zaan over de Stationsstraat het Guispad werd bereikt.

Het was een glorieus begin van den middag en en in den besten welstand werd over den Communicatieweg, langs slot Assumburg gereden; vandaar via den Rijksstraatweg naar Castricum.

Op den Rijksstraatweg kreeg een der oude dames het een beetje te kwaad, doch de verpleegsters wisten er wel raad op en moedertje voelde zich reeds spoedig weer zoo lekker als kip.

Het weer hield zich best en hoewel er een stevig briesje stond, was het voor de ouden een zeer fijn tochtje. Zij genoten zoowel van den rit als van het lekkers en de sigaren, die hun door de hulpvaardige helpsters waren uitgedeeld. Onder gezelligen kout verliep alles zeer voorspoedig, tot even voorbij Heiloo twee der banden van een groote autobus het begaven een deze allereerst moesten worden gerepareerd.

Maar waar het grootste gedeelte van den stoet reeds op den weg naar Bergen stond, werd besloten dit gedeelte naar den tuin van “Duinvermaak” te Bergen-Binnen te laten doortrekken, terwijl de autobus-banden werden gerepareerd. Later vernamen we, dat tijdens den rit nog twee nieuwe banden waren opgezet, zonder dat dit stagnatie veroorzaakte.

Aldus werd gehandeld en in niet-te-vlug tempo ging alles weer op rit. Een klein oponthoud veroorzaakte de fiscus, die even voorbij Alkmaar met vier man sterk de wagenbelasting papiertjes controleerde, maar dit verhinderde niet, dat de wagens met hun inhoud behouden voor den speeltuin reden.

Vader en moeder Zindel met hun pupillen uit de diakonie.
Koogers en Zaandijkers aan een tafel

Evenals het instijgen ging het uitstappen subliem en alraas zaten de ouden onder de lommerijke boomen van “Duinvermaak”, waar zij op hun verstrekte bonnentjes een tweetal consumpties konden gebruiken. De achtergebleven bus was inmiddels ook gearriveerd en de heele familie was weer compleet.

Om tafeltjes geschaard zaten de groepjes te genieten van de vele weldaden, waarmede zij werden overladen. Koek bonbons thee, koffie, ranja, brood reepen, melk, oublies, van alles en nog wat kon met volle handen worden uitgedeeld en het werd met graagte opgesmikkeld.

Overal zag men opgetogen en glunderende gezichten en er was er niet een die zich niet lekker gevoelde. Ieder had schik; de een ging den tuin eens rondwandelde, de ander ging ansichten schrijven, een derde ging een praatje maken met oude kennissen, ja allen vermaakten zich volop.

Nadat zoo circa anderhalf uur in den tuin was doorgebracht, werd het sein tot “klaarmaken” gegeven en alle oudjes begaven zich naar den uitgang, waar de auto’s voorreden en hun passagiers weder opnamen.

Het instappen ging goed en om en bij zessen ging het weder op toer. Alles was tot nu toe zoo uitstekend gegaan en het weer hield zich zoo best, dat met algemeene stemmen en op aandringen van de auto-eigenaren werd besloten toch nog even naar zee te tuffen.

Met de camera door de lommerrijke tuinen van “Duinvermaak” te Bergen-Binnen.

Niemand heeft berouw van dit besluit gehad. Het was een heerlijke weg door de duinen, die naar Bergen aan Zee voerde. Vanaf den strandboulevard zag men de zee en in langzaam tempo werd door de ouden van het mooie zeegezicht genoten.

Denzelfden weg werd nu teruggereden en bij “De Franschman” ging het rechtsaf over den schitterenden weg door de Egmonden en Rinnegom naar Bakkum.

In een keurig-aaneengesloten stoet met een vijf-en-twintig kilometervaartje was de terugtocht fijn, tot bij Heemskerk, waar nog eens noodzakelijk gestopt moest worden.

De lucht was er inmiddels niet beter op geworden en er dreigde een fiksche bui, die niet lang op zich liet wachten en aldra boven de stoet uitbarstte. Maar de passagiers trokken er zich niets van aan; ze zaten immers hoog en droog?

Vooraan het Westzanerpad werd even appèl gehouden. De stoet stopte en en alle auto’s sloten aan om een geheel te vormen. En toen de claxon’s en de hoorns maar in werking gesteld en met een oorverdoovend lawaai in allerlei toonaarden, begeleid door het gejubel van de oudjes, werd de eere-ronde aangevangen. Het ging langs Stationsstraat, Hoogstraat, Lagedijk, Dubbele Buurt, Raadhuisstraat, Zuideinde tot an de Schildersbuurt te Zaandam. Daar werd gedraaid en ging het langs dezelfde route naar Zaandijk.

Het was in den vollen zin des woords een “eereronde”. Langs beide zijden van den weg stonden niettegenstaande het minder aangename weer honderden familieleden en belangstellenden hun kennissen toe te wuiven. En de ouden zelf zij wuifden en juichten nog harder terug. Er kwam geen einde aan het bleef tot aan het einde van Zaandijk een lange jubel.

Op Plein 13 werd gedraaid en nogmaals ging het de gemeente door en werd nu zoo successievelijk elke auto ontladen en de menschen weder voor het pad waarop zij woonden, met open armen door kinderen, klein-kinderten en misschien wel achterklein-kinderen in ontvangst genomen.

Dankbaar voldaan en overgelukkig stapten zij uit en sommigen maakten voordat zij hun huisje opzochten eerst nog een ronde-dansje.

Het was schitterend verloopen, het had niet beter kunnen slagen, de luitjes, hadden niet meer tevreden kunnen zijn, het weer had zich vrij goed gehouden en alles, ja alles was in de beste orde gegaan.

Wat kunnen we dan anders zeggen, dan dat deze dag, deze een-en-twintigste Augustus 1928 voor de Koog-Zaandijker ouden een dag is geworden, dien ze zoolang zij nog zullen leven, niet en nooit meer zullen vergeten.
S.