Als je naar het zwembad ging, moest je over de smalle dijk langs molen de Koperslager. De omgang stak over de weg van de dijk uit. Vlak voor deze molen was een stukje grasveld met bomen dat doorliep tot aan de Zaan.
Ik heb er wel eens met mijn moeder zitten vissen. Ik was niet blij toen ik mijn eerste vis uit de Zaan hengelde, wat glad was dat beest en het stonk ook nog. En dan dat gepriegel met een haakje. Nee, niet mijn ding.
Op 28 juli 1964 was ik met mijn ouders en zusje op vakantie in Egmond. Op die dag ging de Koperslager in de hens. Ik was er niet bij. Mijn oom (van het verhaaltje over 3-in-de-pan) had er vele foto’s van gemaakt en liet die naderhand ook graag aan ons zien. De molen werd omgetrokken. De wieken werden opgeslagen tegenover de locatie aan de Kalverringdijk.
In het weekend maakte ik met mijn vriendje geregeld een fietstochtje. Vaak gingen we dan via Wormerveer naar de Kalverringdijk en zetten onze fietsen neer bij de restanten van de wieken van de molen. En dan rookten we samen een illegaal piraatje, het was ons stekkie.