Hij verving een klok die in 1943 door de bezetter was geroofd. Maar in de jaren negentig werd de luiklok van de Zaandijker kerk zelf onderwerp van ontvreemding.
Het geschil tussen Zaanstad en de hervormde gemeente Koog/Zaandijk is niet op de spits gedreven. Na de verkoop van de klok is het stil geworden in Zaandijk. Voorgoed? De hervormde gemeente Koog/Zaandijk verkocht de klok uit Zaandijk januari 1991 aan een verzamelaar en handelaar van ‘stille’ klokken in Kolderveen.
Volgens Zaanstad ging de hervormde gemeente haar boekje te buiten. De eigenaar zou niet de kerkelijke gemeente maar de burgerlijke gemeente zijn. In 1953, bij de aanschaf, was dat Zaandijk, en 38 jaar later zag Zaanstad zich als rechtmatige erfgenaam.
In een brief van 15 maart 1991 verzocht Zaanstad de kerkvoogdij om opheldering. Het college van B.&W. betwijfelde of de hervormde gemeente tot verkoop bevoegd was omdat, aldus de brief, ‘de luiklok na een inzameling onder de burgerij werd aangekocht en geschonken aan het toenmalige gemeentebestuur van Zaandijk’.
Inscriptie
In 1953 leidde deze collecte nog tot vragen in de gemeenteraad van Zaandijk. De inzameling was nodig omdat de vergoeding van het rijk voor in de oorlog geroofde klokken niet toereikend was. Maar CPN-raadslid J. Groot vond die collecte maar een vreemde zaak. Want op de klok, inmiddels al besteld bij klokkengieterij Petit & Fritsen te Aarle Rixtel, prijkten de namen van burgemeester A. Van Gelderen, secretaris P. Brand en wethouder J. Vroom. Waarom moet de burgerij bijdragen aan een klok met een inscriptie ter ere van enkele hoogwaardigheidsbekleders? Van Gelderen was de onschuld zelve en begreep de verontwaardiging van het CPN-raadslid niet. De tekst op de klok was ook niet meer te veranderen. Die luidde en luidt nog steeds, ook nu ruim veertig jaar later de klok in het Friese Aldeboarn een tweede leven begint: ‘Deze klok is gegoten in 1953 in opdracht van de gemeente Zaandijk. Ter vervanging van de in 1943 door de bezetter geroofde klok.’ Daarna volgen de genoemde namen. Een tekst die weinig ruimte laat voor twijfel over de vraag wie de eigenaar is. Hoe kan de hervormde gemeente deze inscriptie bij de verkoop januari vorig jaar over het hoofd hebben gezien? Secretaris E. Jeremiasse van het kerkbestuur regelde de verkoop. Hij verklaarde te goeder trouw te hebben gehandeld en geen aandacht aan de tekst te hebben besteed. Hij wist niet beter dan dat de klok altijd eigendom van de kerkelijke gemeente is geweest. Maar een lid van het kerkbestuur uit de jaren vijftig, die anoniem wenste te blijven, verklaarde in De Typhoon op de hoogte te zijn dat de klok eigendom was van de burgerlijke gemeente. Van een latere overdracht aan de kerkelijke gemeente wist hij niets.
Duizend gulden
In het antwoord aan Zaanstad kon de hervormde gemeente het vermoeden van de onrechtmatigheid van de verkoop niet wegnemen. Zaanstad bleek toch bereid de kwestie in der minne te schikken. De opbrengst van de verkoop, duizend gulden, is volgens het college aan een goed doel besteed: de restauratie van de hervormde kerk in Koog aan de Zaan.