Enrico Caruso en ook Luciano Paverotti zongen dit al. Maar dat is een ander verhaal. Zomer 1939. Mijn vader had een vakantie geboekt op de Veluwe, in Nunspeet. Wij waren nooit in die omgeving geweest, dus spannend! Wij zouden met de vroege boot uit Amsterdam vertrekken, dus vrijdagavond de zijtassen volproppen met eten, kleren, spelletjes, bal, enz. Zaterdagochtend, heel vroeg, vertrokken we. Wij fietsten door Zaandam, de Oostzanerdijk op, Oostzaan, Amsterdam, Amsterdam Noord en gingen met de pont over het Y naar de overkant, het Centraal Station. Daar lag onze boot te wachten, de Kasteel Staverden. In onze ogen leek het wel een oceaanreus.
Er stond al een lange rij mensen te wachten, met de fiets in de hand. Boordpersoneel bracht onze fietsen naar het ruim en we mochten daarna aan boord. Er ging een hele nieuwe wereld voor ons open, vooral toen de scheepsfluit klonk en wij vertrokken. Na een poosje kwamen we door de Oranjesluizen en gingen het IJsselmeer op. Verderop lag Pampus en de marine was daar met watervliegtuigen aan het oefenen. Wij hadden nog nooit een watervliegtuig gezien! Een poosje later zagen we wal niet meer. Een grote plas water! Vanuit het ruim kwamen twee in matrozenpak gestoken accordeonisten naar boven en die begonnen aan boord te spelen. Erg gezellig allemaal.
Toen kwam, veel later, het moment dat wij land zagen: de kust van Gelderland. De fietsen kwamen weer uit het ruim en daar stonden we dan, naar onze begrippen, in een heel ander land. Geen koeien, geen molens, geen sloten, mensen in klederdracht. We fietsten door bossen, langs heidevelden en zandverstuivingen naar Nunspeet. Wel moe, want de meeste wegen waren toen nog zandpaden met kuilen. Wèl vol nieuwe indrukken. Mijn ouders hadden een pension besproken, op Spoorlaan 10 en het heette pension Sole Mio. Prachtig weer en een vakantie om nooit meer te vergeten. En daar kwam ook nog eens bij dat op 5 augustus Prinses Irene werd geboren. Overal de vlaggen uit en we kregen beschuit met muisjes. Bijna 75 jaar geleden!
Voorjaar 2000. Wij woonden al in Brabant. Mijn vrouw zag in de krant dat er in Nunspeet een winkel was geopend, die finse mode verkocht. Zij vond dat prachtig en wij zijn er op een goede dag heengereden. Erg druk met vakantiegangers in Nunspeet en we moesten echt zoeken naar een plekje. Wij gingen tenslotte een stillere zijstraat in waar nog plaats was en zetten onze auto daar neer. Toen ik uitstapte zag ik een huis en in de houten dorpel, boven de deur, stond in zwarte letters geschreven ‘Pension Sole Mio”. Ik kon mijn ogen niet geloven. We stonden op Spoorlaan no. 10! Het was nu weer gewoon een woonhuis, maar de tuin en grote waranda herkende ik nog.
Het was voor mij een thuiskomen!